Direct naar paginainhoud

December 2024 – De naam Almere en de kerstvakantie

Het was rond de kerstvakantie in 1970. Er werd hard gewerkt aan de voorbereiding voor een nieuwe stad in de zuidelijke IJsselmeerpolder. ‘Zuidweststad’, was de werknaam. Ook namen als IJmeerstad, IJdrecht, Gooimeerstad, Flevostad en zelfs Moddergronden circuleerden.

Als er niet snel een goede naam zou worden gevonden zou de naam Zuidweststad permanent worden. Men wilde voorkomen dat de stad met zo’n abstracte, lelijke naam, zoals de Noordoostpolder, zou blijven zitten. Daarom kregen de mensen van de Rijksdienst voor de IJsselmeerpolder (RIJP) de opdracht om met voorstellen voor een goede naam te komen.

Een envelop

Op dat moment, zo eind december, valt bij Ir. Will Otto, de directeur van de RIJP een envelop op de deurmat.  Daarin zit het jaarlijkse relatiegeschenk van de Shell*, een dun boekje met historische artikelen. Deze editie gaat over Hollandse waterwegen. Otto slaat het boekje open en wat staat er op de binnenkant van de kaft? Een kaartje van Nederland in de middeleeuwen met in het centrum een groot binnenmeer ‘Almere’. Naar dat kaartje starend kreeg hij het idee dat dát wellicht een goede naam was.

Onder collega’s wordt de naam unaniem aangenomen en tijdens de nieuwjaarsreceptie op 2 januari 1971 wordt de naam Almere met de minister van Verkeer en Waterstaat afgestemd. Dus de kerstvakantie van 1970 en het boekje spelen een belangrijke rol in onze stadsgeschiedenis. Want vanaf dat moment heet het belangrijke rapport in die tijd niet meer ‘Verkenningen omtrent de ontwikkeling van de Zuidweststad’ maar ‘Verkenning omtrent de ontwikkeling van de nieuwe stad ‘Almere’.

Boekje

En het boekje waar het allemaal om draait? Dat hebben we mede dankzij het speurwerk van de Almeerse dichter en taalkundige Maria van Daalen teruggevonden. Sinds kort zit het boekje in de collectie van Stadsarchief Almere. Kom gerust door het boekje bladeren, we hebben in het stadsarchief een extra inkijkexemplaar.

Oorsprong naam nog verder terug

De oorsprong van de naam ‘Almere’ gaat overigens nog véél verder terug. Tot 753 om precies te zijn, toen Bonifatius over het ‘Almere’ zijn ondergang in Dokkum tegemoet ging. Daar zit ook nog een mooi verhaal aan vast, want is het Almere of eigenlijk Aelmere? Daarover hebben we het, samen met Maria van Daalen, een andere keer.

Met dank aan en bronnen:

Dit verhaal over de naam Almere kwam mede tot stand dankzij Maria van Daalen en is verder gebaseerd op het boek Peetvaders van Almere uit 2001, Startmotor van Flevoland, de biografie over het leven van Ir. Will Otto (1919 – 2008), het rapport Verkenningen uit de collectie van Stadsarchief Almere, een archief over dat rapport en een telefoongesprek met Jan Michiel Otto, de zoon van de naamgever van onze stad, ir. Will Otto.

 

 

* Jan Michiel Otto de zoon van Will Otto, herinnert zich dat zijn vader onder de indruk was van de serieuze initiatieven van Shell van het ontwikkelen van niet-fossiele alternatieven. Daarom stond hij waarschijnlijk op de verzendlijst. Het was ook de tijd van de Club van Rome die waarschuwde voor de ‘grenzen aan de groei’. Later raakte hij teleurgesteld in het bedrijf omdat van die vergroeningsinitiatieven uit de jaren zeventig uiteindelijk weinig grootschaligs is terecht gekomen.

 

Dit is de foto van de maand, een serie waarin Stadsarchief Almere het heden met het verleden verbindt en je meeneemt door de geschiedenis van Almere.